Tussen Bosch en Beiaard, 2016


Het Brabants Kamerkoor liet tijdens dit concert horen hoe psalmteksten door de eeuwen heen componisten hebben geïnspireerd. De oorspronkelijke psalmteksten, in de Bijbel opgenomen in het Oude of Eerste Testament, zijn de eeuwen door in de Nederlanden op verschillende manieren vertaald en bewerkt. Je hoorde in dit programma bijvoorbeeld teksten uit de bundel ´Souterliedekens‘ uit 1540, een in Antwerpen uitgegeven volledige verzameling Nederlandse psalmvertalingen op melodieën van bekende volksliedjes, waarschijnlijk van de hand van Willem van Zuylen van Nijevelt. Deze Souterliedekens brachten we in werk van hedendaagse componisten. Ze werden destijds beroemd door bewerkingen van o.a. Clemens non Papa (1556-57). Van hem voerden we Musica Dei Donum optimum uit. Een ander uitstapje dat we vanuit het psalmenthema maakten was Continuo Lacrimas, dat Jacob van Vaet schreef bij de dood van Clemens.

Beroemder nog dan de Souterliedekens werd het Geneefs Psalter, een berijming van het volledige boek van de Psalmen, voor gebruik in de kerken van de Reformatie. Sweelinck bewerkte alle 150 psalmen, en mag daarom vandaag niet ontbreken. Ook in andere Europese talen klinken psalmen met werk van Charles Ives en Felix Mendelssohn Bartholdy. Slotstuk van het concert was het bijzondere  Psalmenrequiem van Daan Manneke, geheel opgebouwd uit psalmteksten uit de Latijnse vertaling van de Bijbel.

Paul Maassen bespeelde tijdens dit concert de beiaard. Die klonk soms als bijna menselijke stem, dan weer functioneerde hij als continuo en basis voor het klankgebouw van het koor. Af en toe hoorde je een compleet tweede koor van klokken en belletjes. Zo was dit concert niet alleen een ode aan de  muziek, maar ook aan de veelzijdigheid van de beiaard.